Beleid voor veiligheid op internet

Beleid voor veiligheid op internet

Elke school is verplicht om een schoolveiligheidsplan op te stellen. Hierin wordt opgenomen welk beleid de school voert met betrekking tot de veiligheid. Dit wordt onder andere duidelijk door de schoolregels, door het nemen van preventieve maatregelen en door het opstellen van protocollen.

Hoewel de meeste scholen wel iets op papier hebben gezet over het gebruik van mobieltjes en schoolcomputers, ontbreekt het veelal aan concreet beleid op het gebied van de sociale veiligheid op internet en social media. Hierdoor blijken veruit de meeste docenten onvoldoende op de hoogte van het internetgebruik door jongeren en de daaruit voortvloeiende gevaren zoals bijvoorbeeld grooming. Daarnaast ontbreekt het op de meeste scholen aan beleid om de eigen medewerkers zoveel mogelijk te ontzien van de gevaren van het internetgebruik door jongeren. Daardoor is de school nog niet de veilige plek die het zou kunnen zijn en dit vraagt om concreet beleid voor veiligheid op internet.

De Nederlandse wet

Een aantal soorten incidenten zijn wettelijk verboden. Neem bijvoorbeeld de situatie waarin een meisje van 16 een naaktfoto van zichzelf maakt en deze vrijwillig toestuurt aan een jongen van 18. Op het eerste gezicht zou dit kunnen worden geschaard onder gewoon puberaal gedrag.

Desalniettemin maakt het meisje zich wettelijk bezien schuldig aan het vervaardigen en verspreiden van kinderporno en maken beiden zich schuldig aan het bezit daarvan. Wanneer de jongen het meisje ertoe heeft aanzet om een dergelijke foto te maken met het oog op gewenst seksueel contact, dan maakt hij zich ook nog eens schuldig aan grooming.

Nu leert de praktijk dat dergelijke gedragingen worden gedoogd wanneer het slechts plaatsvindt tussen jongeren onderling en al helemaal wanneer het plaatsvindt in de context van een relatie, maar die grenzen worden gemakkelijk overschreden en dan kan er plotseling sprake zijn van een misdrijf. Neem bijvoorbeeld de situatie waarin het meisje een vriend heeft die al ouder dan 20 is. Of wanneer de relatie stukloopt en de naaktbeelden niet worden verwijderd maar, bewust of onbewust, in handen komen van derden.

Het is dus niet zo, dat per se alles wat naar de letter bezien wettelijk verboden is, ook als daadwerkelijk zal worden vervolgd door justitie, maar er zijn voldoende situaties denkbaar waarin dit toch het geval zal zijn. Jongeren zouden daarom hoe dan ook goed op de hoogte moeten zijn van de wettelijke grenzen. Om die reden raden wij aan om in het beleid altijd specifieke aandacht te geven aan incidenten die naar de Nederlandse wet bezien verboden zijn.

Ouders van leerlingen

In het opstellen van goed beleid voor veiligheid op internet zullen in de eerste plaats ook de ouders van de leerlingen moeten worden betrokken. Niet slechts de school, maar vooral ook de ouders van jongeren dragen tenslotte de verantwoordelijkheid om hen te leren om op een fatsoenlijke, veilige en wettelijk toegestane manier te functioneren in deze maatschappij. Daarnaast zijn jongeren niet slechts op school bezig met internet en social media, maar vindt het grootste gedeelte van hun internetgebruik plaats in privétijd. Zowel bij de signalering als bij de handhaving zouden scholen er goed aan doen om nauw samen te werken met de ouders van hun leerlingen.

Dat is echter geen opgave waar al te gemakkelijk over gedacht kan worden. Ouders verwachten tenslotte juist in toenemende mate dat de school allerlei opvoedkundige taken op zich neemt en daarnaast worden ouders ook steeds mondiger, waardoor het niet altijd even gemakkelijk is om het gesprek met ouders aan te gaan. Toch is het essentieel voor een effectief beleid ten aanzien van internet en social media, dat de school de ouders weet te betrekken in het opstellen van beleid en dat ouders ook een rol blijven spelen in het signaleren en handhaven volgens dit beleid.

Externe partijen

Bij sommige incidenten is het niet langer voldoende of zelfs toegestaan om het incident intern binnen de school af te handelen of om slechts de ouders van de betrokken leerlingen te betrekken. Men kan bijvoorbeeld denken aan een doormelding aan Bureau Jeugdzorg, de Raad voor de Kinderbescherming, het Zorg- en AdviesTeam, SchoolMaatschappelijk Werk of de GGD. Daarnaast kan het verplicht zijn om een melding of zelfs aangifte te doen bij de politie.

Voor een effectief beleid ten aanzien van internet en social media is het nodig om te weten op welke momenten welke externe partijen betrokken zouden kunnen of zouden moeten worden.

Workshop Sociale veiligheid op internet

Als optioneel dagdeel van onze workshop ‘Sociale veiligheid op internet’ begeleiden wij de school in het opstellen van mogelijk beleid ten aanzien van internet en social media. Tijdens dit dagdeel komen alle elementen aan bod die in dit artikel zijn beschreven.

Relevante workshops

Workshop Sociale veiligheid op internet

Workshop Sociale veiligheid op internet voor leerlingen