Protocol Omgaan met discriminatie en racisme

Protocol Omgaan met discriminatie en racisme

Reeds het allereerste artikel van onze grondwet betreft het verbod op discriminatie. Ook het wetboek van strafrecht besteedt er ruime aandacht aan. Toch is niet altijd even duidelijk of er überhaupt sprake is van feitelijke discriminatie. Het kan ook zo zijn dat iemand discriminatie ervaart, terwijl daar feitelijk geen sprake van is. Desalniettemin hebben zowel de feitelijke discriminatie als ook de ervaren discriminatie een grote invloed op de veiligheidsbeleving van leerlingen.

Racisme is feitelijk een vorm van discriminatie. Er is sprake van racisme wanneer er op oneigenlijke gronden onderscheid wordt gemaakt tussen mensen op basis van ras.

In ons “Protocol Omgaan met discriminatie en racisme” wordt beschreven hoe men stapsgewijs kan handelen wanneer er sprake lijkt te zijn van discriminatie of racisme. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen feitelijke discriminatie en ervaren discriminatie. Wanneer er meerdere malen sprake is geweest van feitelijke discriminatie, dan kunnen zowel de ouders als ook de klasgenoten worden betrokken.

Daarnaast wordt duidelijk gemaakt welke handelingen met betrekking tot discriminatie en racisme allemaal strafbaar zijn, wanneer er melding of aangifte dient te worden gedaan en hoe men deze aangifte het beste kan vormgeven.

Tot slot volgt een concreet stappenplan waarin het optimale handelen in slechts een handjevol stappen wordt beschreven. Zodoende bent u er zeker van dat al uw medewerkers effectief kunnen handelen in het geval van discriminatie en racisme.